In april 1950 werd in opdracht van Rederij Doeksen de kiel gelegd voor de bergingssleper Holland. In november 1951 werd het schip in gebruik genomen door de rederij.
Het 57 meter lange schip, met een topsnelheid van zestien knopen, zette in haar loopbaan 161 succesvolle bergingen op haar naam. Op het schip werd ook een luxe passagierssalon gerealiseerd, dit om tijdens de drukkere zomermaanden ingezet te kunnen worden in de passagiersdienst tussen Harlingen en Terschelling.
Na vele succesvolle jaren, nam het aantal bergingen in de jaren zestig steeds verder af. Daarnaast was het schip, dat geen beschikking had over boegschroeven, dubbele roeren en dubbele schroeven, niet meer opgewassen tegen de concurrerende schepen die deze uitrusting wel hadden.
In 1975 besloot Rederij Doeksen het schip definitief met pensioen te sturen. De Holland werd echter niet verkocht, maar verhuurd aan Rijkswaterstaat, waar het knalgeel geverfd werd, een kleine verbouwing onderging en als milieubewakings- en onderzoeksvaartuig werd ingezet.
Toen in 1998 ook Rijkswaterstaat geen functie meer had voor het schip, kwam sloop in beeld. Om dit te voorkomen werd op initiatief van Willem Boot in 1999/2000 de Stichting Zeesleepboot Holland opgericht. Met behulp van vele Nederlandse bedrijven en geldschieters is de Holland aangekocht en vervolgens zo veel mogelijk in originele staat herstelt. Het schip staat dan ook ingeschreven in het ‘International Register of Historic Ships’ en als ‘Varend Monument’ in het ‘Nationaal Register Varende Monumenten’.
Historische kenmerken
Er zijn verschillende historische kenmerken die de Holland maken tot het waardevolle museumschip dat het heden ten dagen is. Natuurlijk is er de connectie met Terschelling en de bijbehorende imposante bergingshistorie. Maar ook bestaat de scheepsromp volledig uit geklonken staal, een methode die al tientallen jaren niet meer toegepast wordt.
Wat de Zeesleepboot Holland verder kenmerkt is de Werkspoormotor. Deze 10 cilinder 4-slag trunkzuigermotor is de originele in 1950 in Amsterdam gebouwde motor met een gewicht van 80.000 kg en bouwnummer 1354.
De motor heeft een maximum toerental van 275 toeren/minuut, ongeveer een tiende van het toerental dat schepen tegenwoordig hebben. Liefhebbers zullen het schip met de ogen dicht van veraf al herkennen door het ouderwetse en karakteristieke geluid.
Vroeger werd de motor middels een telegraaf vanuit de machinekamer bestuurd, tegenwoordig kan de kapitein de motor zelf bedienen vanaf de brug.
| MS Holland | |
|---|---|
| Roepnaam | PESK (Paraat En Start Klaar) |
| Afmetingen | 57,35 x 9,54 x 3,70 meter |
| Capaciteit | 80 passagiers (destijds in passagiersdienst 804) |
| Voortstuwing | 1 schroef |
| Snelheid | 16 knopen / 29,6 km/h |
| Motor | Werkspoor Amsterdam TMABS 3410, nummer 1354 |
| Vermogen | 1499kW / 2100 PK |
| Gewicht motor | 80.000 kg |
| Aantal cilinders | 10 |
| Omwentelingen per minuut | 275 |
| Gewicht schip | 570 ton |
| Bouwjaar | 1950 |