Sinds de jaren ’80 van de vorige eeuw loopt de visstand in het Waddengebied terug. Uit onderzoek blijkt nu dat er echter flinke verschillen zitten tussen vissoorten, schrijft Omrop Fryslân.
Vooral met vissoorten die alleen hun eerste levensfase in het Waddengebied doorbrengen, zoals de schol, schar of kabeljauw, gaat het erg slecht. Vissen die hun hele leven doorbrengen op het Wad, doen het veel beter.
Het onderzoek werd onder andere door de Wageningen Universiteit gedaan in het kader van het ‘Programma naar een Rijke Waddenzee’, waarin het Ministerie van Economische Zaken, Rijkswaterstaat en enkele andere instanties samenwerken.
Om de leefomstandigheden voor vissen te verbeteren zouden onder andere de migratiemogelijkheden verbeterd moeten worden. Dat kan volgens de onderzoekers onder andere door het aanleggen van kwelders waar zoet en zout water elkaar ontmoeten. Daarnaast zouden vissers hun bijvangst moeten verminderen.